- Poor starv'ling bard, how small thy gains!
How unproportion'd to thy pains! -

zondag 24 maart 2019

waarin diogenes het binnenhof betreedt en zichzelf aanstelt als dichter des vaderlands

waarin diogenes het binnenhof betreedt en zichzelf aanstelt als dichter des vaderlands

ben ik stoer genoeg nu het bloed mijn ogen zonder
mededogen breekt of moet ik wachten tot de kolere
zijn vlag plant op mijn kookpunt voordat ik u vertel
zeg ik hier dan eerst maar tot de heren
dat de gel in uw haar mij niet bevalt

maar dat vooral het stijfsel in die net te strak
gestreken smoelen en het gesteven hemd
zo quasi losjes niets om het lijf
mij spontaan doen overlopen van respect
voor zuur verdiende centiemen?

en u lieve dames – door jullie kerels ook wel
wijven genoemd – vergeet de lomschoolvermomming
u die zich zo gaarne laat beroeren door de wimpers
van het geitenoog en onweersproken talent
met afgekloven woorden lucht te binden aan lucht

-en het was nog wel zulk zacht weer- snottert u
en voelt zich geringeloord in valkuil muil
waar kniezelstenen tederheid vergruizen
ja mijn verfpoppetjes de avonden razen voort
seconden glijden mee de maan die de tijd duwt om
dan geruisloos te vertrekken als water in zand

bevallen deze woorden beter of
hoort u toch liever van het bloed
dat stolt waar het niet kan gaan?

tot u allen zeg ik nu dit leven is geen leven
uw vlees geen mensenvlees en toch
u maakt een leven als mens van vlees en bloed
in dit schaduwrijk waar u zich een twijg weet
met hooguit een vermoeden van de boom waaruit u spruit

en de wereld?
de wereld ziet het voetstuk
stuk gaan onder uw voeten
teenrot en schimmel
woekeren het blok aan uw been
waarheen, waarheen?

ml

Geen opmerkingen: